5 meest voorkomende denkfouten tijdens een bezichtiging
Je hebt al een tijd een huis op het oog en wilt deze nu gaan bezichtigen. Wees alert dat er een aantal psychologische denkfouten je eerste indruk, én dus je besluit, kunnen beïnvloeden. Krijg inzicht in de 5 meest voorkomende denkfouten wanneer je een huis bekijkt. En vermijd deze valkuilen met onze tips!
1. The Primacy Bias
‘Mijn gevoel zei meteen dat dit het niet was’
De eerste indruk van een huis is erg belangrijk en heeft een groot aandeel in je gevoel over een woning. Iets meer dan 80% van de woningkijkers besluit, zodra ze de deur openen, instinctief of het huis bij ze past. Het is vergelijkbaar met het gevoel dat je krijgt als je iemand voor het eerst ontmoet. Op basis van deze indruk besluit je of er een klik is en je iemand beter wilt leren kennen. Deze go/no-go-beslissing, wordt vaak gevoed door kleinigheden, zoals de geur op dat moment, de gunstige lichtinval veroorzaakt door het zonnige weer of de luidruchtig spelende buurkinderen. Deze eerste indruk blaast men naderhand in gedachten nog op. Bij een tweede bezichtiging valt een huis dan ook vaak mee of juist tegen. Afhankelijk of je eerste indruk positief of negatief was.
Vermijd deze valkuil door:
- Wees je bewust van invloedrijke factoren die niets met het huis te doen hebben, zoals je stemming en het weer.
- Kreeg je een negatieve eerste indruk, maar voldeed het huis eigenlijk helemaal aan je wensenlijstje? Ga dan na waar dit gevoel vandaan komt en of dit met een andere inrichting en wat klussen misschien al verholpen is.
- Ga altijd voor een tweede bezichtiging als je niet helemaal zeker van je zaak bent.
2. The Confirmation Bias
‘Prachtig, dat hoge plafond met houten balken’
Als je op slag verliefd wordt op een woning ben je geneigd enkel de voordelen te zien van het huis. Door alleen naar de voordelen te kijken blijft jouw keuze voor het huis gerechtvaardigd. De tegenargumenten wordt nauwelijks aandacht aan besteed of worden als minder belangrijk gezien. Zo kun je, omdat je zo gek bent van de oude details van het huis (originele bedstee, glas-in-loodramen, klassieke schouw) de renovatiekosten negeren of zelfs geen bouwkundig onderzoek instellen uit angst voor teleurstelling.
Een groot nadeel kan bijv. de reistijd zijn. Mensen onderschatten dit vaak; achja, het is maar een dik half uur langer rijden. Uit een Duits onderzoek is echter naar voren gekomen dat mensen hier moeilijk aan wennen en ze 40% meer salaris moeten verdienen om even tevreden te zijn als collega’s die dichter bij kantoor wonen.
Vermijd deze valkuil door:
- Een stevige realitycheck in te bouwen. Maak een lijstje met alle voor- en nadelen die je kunt bedenken en leg deze naast je wensenlijst. Daarnaast is het altijd goed om deze lijst met een objectief iemand te bespreken, die er met een neutrale blik naar kijkt.
3. Het Status Effect
‘Wonen in ’the place to be’
Hetgeen wat je wilt uitstralen kan een behoorlijk effect hebben op je keuze voor een huis. Wanneer je jong en hip wilt zijn, zoek je sneller een woning in een grote stad. Het verwerven van een bepaalde status kan zo belangrijk zijn dat je in een huis gaat wonen wat eigenlijk niet helemaal bij je persoonlijkheid past. Het kan zelfs zo zijn dat je jezelf eigenlijk meer op je gemak voelt in een rustige, groene woonwijk. Maar als je je schaamt voor je niet zo hippe woning, is dit best een steekhoudend argument.
Vermijd deze valkuil door:
- Zo eerlijk mogelijk te zijn tegenover jezelf waarom je er wilt wonen.
- Oriënteer je in eerste instantie zo breed mogelijk. Leg je niet vast op een wijk of type woning, maar ervaar de sfeer bij een huis en ga naar verschillende soorten woningen kijken. Als je je probeert voor te stellen hoe je daar zou wonen, vind je het snelst een huis dat echt bij je past.
4. The Anchoring Bias
‘Yes, een huis met fatsoenlijk sanitair’
Deze denkfout noemen ze ook wel het referentie effect. Na vele krakkemikkige huizen te hebben bekeken, lijkt het zesde huis al gauw een stuk mooier dan het daadwerkelijk is. Oftewel je vergelijkt het huis met al de huizen die je eerder hebt gezien, terwijl je de woning an sich moet beoordelen. De andere bezichtigingen vormen dan je referentiekader, waardoor je jouw eigen eisen uit het oog verliest. Want kon je geen instapklare woning aan het water vinden in jouw prijsklasse met ruimte en een tuin, dan ga je steeds meer afwijken van jouw eerdere eisen om toch dat huis aan het water met tuin te vinden.
Vermijd deze valkuil door:
- Wees je extra bewust van het referentie effect door jezelf de volgende vragen te stellen na een bezichtiging:
- Wil ik hier wonen?
- Is deze woning veel beter dan waar ik nu woon?
- Voldoet dit huis aan mijn eisen en wensen?
5. Het boerderij-op-de-dam-effect
‘Ik wil alleen de beste optie’
Er zijn altijd mensen die geen enkele woning tegenkomen die aan hun eisen voldoet. Deze mensen worden in de psychologie ook wel ‘maximizers’ genoemd. Maximizers zoeken altijd naar de beste optie en hebben moeite hun eisen omlaag te stellen. Satisficers zijn daarentegen sneller tevreden en gaan voor de optie die ‘goed genoeg’ is. Dit wordt in de Amsterdamse makelaarsscene ook wel ‘het boerderij-op-de-dam-effect’ genoemd. Wanneer maximizers eindelijk een keuze maken, zijn ze altijd minder tevreden dan satisficers. Ze wegen dan af hoeveel tijd het ze heeft gekost ten opzichte van wat het ze oplevert. Het kan dan een jarenlange zoektocht zijn geweest, die toch niet hun absolute droomhuis heeft opgeleverd. Omdat ze dikwijls onrealistische verwachtingen koesteren, is het huis vaak niet helemaal perfect.
Omzeil deze valkuil door:
- Je hebt eisen en je hebt wensen. Zie de wensen als leuke bonussen. Zijn er wensen die je kunt laten vallen?
- Herformuleer een of meerdere eisen met een kritische vriend of vriendin. ‘Een huis in het centrum met grote tuin’ kan dan bijv. ‘een huis in het centrum met groot balkon en park in de buurt’ worden.